
Frans Oriëntalistische schilder geboren in Parijs. Volgt vanaf 1918 lessen aan de Académie Julian in 19183 , het Atelier Biloul (waar hij in 1920 Eugène Dabit ontmoette) en de École nationale supérieure des arts decoratifs. Georges -André Klein, wordt ontdekt door de beeldhouwer Antoine Bourdelle. Van 1923 tot 1929 werkt hij op het atelier van Antoine Bourdelle. Daar maakt hij tekeningen van de beelden, modellen en monumenten en patineert hij de bronzen beelden. Na een bezoek aan de Internationale Koloniale Tentoonstelling van 1931 besluit Georges-André Klein naar Marokko te gaan. In de navolgende jaren keert hij daar iedere winter terug. In 1936 vertrekt hij voor een heel jaar naar Madagaskar waar hij met de auto of bushtaxi reisde, en hij de levendige kleuren ontdekte die hem in Noord-Afrika al hadden gefascineerd hadden. Vanuit Madagaskar bezoek hij ook de eilanden Réunion en Mauritius. Hij ontvangt in 1937 de Paris City Stock Exchange prijs die het hem mogelijk maakt om Frankrijk in 1938 te verlaten voor een grote reis. Deze komt ten einde door het uitbreken van de tweede wereldoorlog. van 1942 tot 1945 verblijft Georges André Klein in Algerije. Na de oorlog verblijft hij meerdere malen op Corsica en bezoekt hij Spanje en Sicilië. In 1958 gaat Georges-André Klein voor de tweede keer naar Madagaskar. Daar woont hij in Amboasary, een dorp in de regio Anosy in het zuiden van Madagaskar, gelegen aan de oevers van de rivier de Mandrare. Hij schildert hij er kinderen en vrouwen tegen achtergronden vol motieven. Hier ontmoet hij Victoire met wie hij in 1966 in Parijs trouwde. In 1968 verbleef hij vijf maanden in Bamako.