
Rien Goené (1929) is een geboren en getogen Utrechter. Als jongen van 16/17 jaar volgde hij een tekencursus aan de Gemeentelijke HBS. Daar kreeg hij les in werken naar model en boetseren. Eenmaal de smaak te pakken meldde hij zich aan bij Artibus, waar Goené zich specialiseerde in vrije schilderkunst en beeldhouwen. Op de academie kreeg hij boetseren van Piet Jongbloed, monumentale kunst van Stokhof de Jong en schilderen van Mar Diemèl. Goené is een van de eerste Nederlandse kunstenaars die ijzerplastieken van schroot maakte. In de jaren vijftig kwamen De Experimentelen, Cobra, Vrij Beelden en Creatie op. Goené werd in 1956 lid van expositievereniging St. Lucas en in de jaren zestig van Stuwing. ‘Stuwing was minder extreem dan Cobra. We hadden zestien leden en deden hetzelfde als Cobra, maar dan op een veel vakmatiger manier. Karel Appel deed maar wat.’ In 1965 werd Rien Goené lid van Genootschap Kunstliefde, waar hij nog steeds als erelid deel van uitmaakt. Rien Goené pint zich niet vast op één medium; hij is schilder én beeldhouwer. ‘Vaak maak ik een schilderij naar aanleiding van een beeld of andersom. Voor inspiratie gaat de Goené te rade bij Picasso, Henri Moore, Van Dongen en Sluyters. ‘Hun werk staat heel dicht bij mij. Ik vind beweging en dynamiek heel belangrijk in een schilderij, vooral bij abstract werk. Het gaat mij vooral om de compositie, of het al of niet herkenbaar is. Bij mij zal je altijd een mooie verfhuid zien, opgebouwd uit meerdere verflagen. Mijn palet is heel herkenbaar en vrij kleurrijk - iets wat ik mis bij mijn beelden.’